Die
Himmel erzählen die Ehre Gottes,
und seiner Hände Werk
zeigt an das Firmament.
Dem kommenden Tage sagt es der Tag,
die Nacht, die verschwand, der folgenden Nacht:
Die Himmel erzählen die Ehre Gottes,
und seiner Hände Werk
zeigt an das Firmament.
In alle Welt ergeht das Wort,
Jedem Ohre klingend,
Keiner Zunge fremd:
Die Himmel erzählen die Ehre Gottes,
Und seiner Hände Werk
Zeigt an das Firmament.
|
De hemelen juichen, de aarde jubelt,
de ganse schepping prijs Gods macht en majesteit.
De hemelen juichen, de aarde jubelt,
de ganse schepping prijs Gods macht en majesteit.
Maar 's Heeren wet verspreidt nochtans,
voor Gods volk op aarde een volmaakte glans.
Looft Hem, looft Hem looft Zijn grote naam.
Maar 's Heeren wet verspreidt nochtans,
voor Gods volk op aarde een volmaakte glans.
Looft Hem, looft Hem looft Zijn grote naam.
De grootheid de Heeren wordt overal geprezen,
ja, zelfs het firmament vertelt Zijn heerlijkheid.
Maar 's Heeren wet verspreidt nochtans,
voor Gods volk op aarde een volmaakte glans.
Looft Hem, looft Hem looft Zijn grote naam.
De grootheid de Heeren wordt overal geprezen,
ja, zelfs het firmament vertelt Zijn heerlijkheid,
vertelt Zijn heerlijkheid, vertelt Zijn heerlijkheid.
|